ROMAANSE PERIODE

De beeldhouwkunst was na de val van het Romeinse rijk en met de groei van het christendom vrijwel geheel verloren gegaan.

In de 11de eeuw vertonen zich voor het eerst weer sporen van een nieuwe opleving van de beeldhouwkunst.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De deuren van de kerk te Hildesheim (Duitsland) laat zien dat men weer in brons kon gieten.

Ook de kapitelen en de portalen van de kerken worden versierd met

beeldhouwwerken.

 

 

De Romaanse kerk, die zich ontwikkelde in de elfde eeuw, was voor de middeleeuwse mens een imposant gebouw waarin Beelden en Fresco's (schilderijen) een belangrijke educatieve betekenis hadden.
 

Een geliefd onderwerp is ‘Het laatste oordeel’. Dit verhaal vertelt dat er een dag zal komen, dat God zal oordelen over alle mensen, levend of dood. Als je goed geleefd had, zou je naar de hemel gaan, maar als je een slecht mens was geweest, moest je naar de hel was de gedachte. Vaak is er een weegschaal afgebeeld, waarin mensen letterlijk en figuurlijk gewogen worden. In het midden zit God, rechts van hem is de hemel en links de hel. De hel ziet er afschuwelijk uit; vol met duivels en de afgebeelde mensen lijden pijn. De hemel daarentegen ziet er rustig uit en is vol engelen.De gebeeldhouwde figuren zien er niet levensecht uit.

De personages, zien er stijf en stram uit. Het lijkt alsof ze één geheel vormen met de zuil waar ze tegenaan staan. Dit gevoel wordt nog versterkt doordat hun voeten naar beneden hangen. De kleren laten weinig vorm van het lichaam zien. De plooien lijken er bijna opgetekend

 Veel mensen waren in die tijd analfabeet en beeld was een goede manier om de boodschap over te brengen.

BEELDHOUWKUNST VERWEVEN MET ARCHITECTUUR 

Op allerlei plekken in en buiten de kerk worden beeldhouwwerken geplaatst.

Op kapitelen, de timpaan en andere delen van de kerk zijn fantasie dieren aantreffen, driekoppige vogels, centauren en nog meer merkwaardige figuren. Daarnaast worden de vertrouwde afbeeldingen uit de bijbel zoals de geboorte van Christus en het laatste oordeel uitgebeeld. De romaanse beeldhouwkunst geeft uitdrukking aan de middeleeuwse christelijke geloofsleer en is in essentie een verbeelding van de strijd tussen goed en kwaad, waarbij het goede uiteindelijk bij de wederopstanding van Christus zal overwinnen.

Het doel van de beeldhouwkunst was niet "decoratief maar illustratief" te werken. De bijbelse verhalen moesten op duidelijke wijze aan de mensen die niet konden lezen worden verteld. (soms in de vorm van een "stripverhaal")

Naast de geometrische en plantenmotieven uit het begin komen dan ook al spoedig dier- en mensfiguren voor. Hierin wordt echter niet in bet minst naar een realisme gestreefd

tympaanmiddeleeuwen.jpg

De Romaanse beeldhouwkunst heeft een eigen karakter met specifieke kenmerken.

De figuren lijken onwerkelijk.

De Romaanse beeldhouwer veel aandacht  voor decoratief lijnenspel: figuren, voorwerpen en ornamenten vullen het gehele vlak. Ruimtelijkheid lijkt niet heel erg belangrijk. 

Draperingen zijn doortekend met dunne, sierlijk golvende plooitjes.
Het beeldhouwwerk blijft ondergeschikt aan het bouwwerk: boogveld, portaal en kapiteel worden als zodanig goed afgescheiden en behouden duidelijk hun architectonische vorm.

Grote en kleine figuren staan naast elkaar in eenzelfde voorstelling.

Dat heeft eerder te maken met "belangrijkheid" dan met dieptewerking.